Intern ronde 1+2

De eerste ronde is altijd wachten op verrassingen, immers de onderste helft van afgelopen jaar tegen de bovenste helft betekent dat er in de meeste partijen een duidelijke favoriet is.

In dit geval waren er twee kleine verrassingen. Sven Broersma controleerde de partij tegen Jan Bergmans en won een pion. Één ongelukkige zet met de koning betekende dat Jan venijnig met de dame binnen kon komen. Hier had Jan de keuze tussen de pion terugwinnen met betere stelling of zetherhaling afdwingen. Hij koos voor het laatste; Sven had hier in ieder geval geen keuze.

De partij tussen Siep Postma en Bartele Bosma was qua rating redelijk gelijkwaardig, maar Bartele won vorig jaar het B-kampioenschap dus dat schept toch enige verwachtingen. Maar in deze partij kwam hij er niet echt aan te pas. Hij kreeg niet het gewenste tegenspel op de damevleugel. Siep kon mooi een stuk offeren op f6 en zo een beslissende aanval opzetten; zwarts stukken stonden te onhandig om de aanval tegen te gaan.

Clubkampioen Jeroen Weggen en René Wijnstra zetten de partij scherp op met tegengestelde rokades en oprukkende pionnen. Hierbij toonde Jeroen zich wat handiger en kreeg hij in het middenspel duidelijk voordeel. Er ging al gauw een pion af, en even later een tweede. In het toreneindspel bleek dit voldoende voor de winst.

Jan van Paassen had niet zoveel moeite met Lieuwe van der Veen. Jacob Spijkerman zette de partij redelijk op tegen Wiebe van der Velde, maar kwam toen in de problemen over de c-lijn na de verzwakking b2-b3. Stukverlies (en daarmee partijverlies) werd onvermijdelijk.

Ten slotte Rick Weggen tegen Derk Schuttel. Rick verweerde zich lang, maar moest in het eindspel de handdoek in de ring gooien.

Ronde 2
Opnieuw zes partijen. Vorige week zorgde Siep Postma voor een kleine verrassing, nu mocht hij op een grotere stunt hopen tegen Jeroen Weggen. Na een onregelmatige opening kwamen er allerlei tactische grappen in de stelling. Jeroen had hier al een tik uit kunnen delen maar koos voor de verkeerde voortzetting door zijn dame voor 3 stukken te geven. Het gewenste initiatief kwam er niet, en de dame bleek aanvankelijk sterker dan de drie stukken. In het eindspel dat volgde toonde Jeroen zich echter handiger, hij won hier en daar een pion. De zwarte koning werd naar een ongelukkig veld gedwongen en via een aftrekschaakje kon de dame van Siep worden ingerekend.

De partij tussen Jan van Paassen en Pieter Bronsema was erg scherp: via een koningsgambiet schuwde Pieter de omgekeerde rokade niet, en ook niet een dynamisch materieel evenwicht (kleine kwaliteit tegen 2 pionnen). Hierbij bleken de lichte stukken sterker dan de toren + pionnen. Pieter kon zo een aanval opzetten op de witte koning en niet lang daarna was het pleit beslecht.

Bartele Bosma speelde een spannende partij tegen Ruben Vlieg. Ruben leek lang het betere van het spel te hebben, maar toen hij op avontuur ging met zijn dame + loper op de damevleugel liet hij zijn eigen koning in de steek. Bartele kon meteen toeslaan en zette de zwarte koning mat.

Derk Schuttel leek mij heel goed te staan tegen Wiebe van der Velde, maar het was me toen nog niet opgevallen dat Derk een pion had geofferd (geen wonder dat zijn stukken zo mooi stonden!). Wiebe wist zich langzaam maar zeker wat los te werken en had nog steeds die pion voorsprong. Toen plaatste hij een listig remise-aanbod, dat Derk niet kon weigeren: 1/2-1/2.

Jacob Spijkerman boekte zijn eerste winst van het seizoen. Hij wist de stelling van Lieuwe van der Veen binnen te dringen met zijn stukken en de witte koning op e1 mat te zetten.

Ten slotte de partij tussen Rick Weggen en René Wijnstra. Deze leek lang gelijk op te gaan. Rick offerde een stuk in de aanval, maar via een tussenzet kon René de angel uit het witte spel halen. Hierna stond Rick gewoon een stuk achter en verloor hij de partij dan ook.