Bizar seizoen DTK1

2 weken geleden verloor DTK 1, inmiddels in de strijd tegen degradatie uit de promotieklasse, een belangrijk duel van De Donger.

Met het oog op de bordpunten zou je denken dat er nog steeds niet veel aan de hand is, 21 bp uit 5 wedstrijden is voor DTK wat mager, maar wel een positief saldo (+1). Maar als je het presteert om één keer met 7-1 te winnen en vervolgens vier keer op rij (!) met minimaal verschil (3,5-4,5) te verliezen, sta je wel gedeeld onderaan met 2 matchpunten uit 5 wedstrijden. Met een handigere verdeling van die 21 bordpunten haal je uit evenveel wedstrijden 7 matchpunten en doe je (in theorie tenminste) nog mee voor het kampioenschap, en kun je niet meer degraderen.

Vaak breekt het gebrek aan balans in het team ons op. Als DTK compleet is, is het een sterk team van bord 1 tot 8. Maar zodra we over invallers moeten beschikken, kom je bij spelers uit voor wie de promotieklasse meestal iets te hoog gegrepen is. En dit seizoen hebben we tot nu toe bijna elke wedstrijd wel 1, 2 of zelfs 3 invallers nodig gehad…

De wedstrijd in Dokkum tegen De Donger was niet anders. Ditmaal waren Wiebe van der Velde en Rick Weggen de invallers. Wiebe speelde aan bord 8 een verdienstelijke remise, alhoewel tegen een mede-invaller aan de kant van De Donger. In deze partij greep Wiebe het initiatief, maar moest later een kwaliteit offeren, waarna zijn tegenstander het wel beter uit had kunnen spelen dan hij in werkelijkheid deed.

Rick Weggen speelde aan bord 1, mede omdat er van mijn kant een vermoeden bestond dat De Donger een zwakkere speler aan het hoogste bord zou zetten. Dat gebeurde niet, Rick moest tegen de kopman van de Dokkumers Amir Nicolai. Na 10 zetten had Rick al een bedenkelijke stelling tegen dit kanon en verloor even later een stuk. Hij speelde nog een tijdje door maar het was hier al beslist.

Aan de andere kant boekte Leffert Nicolai een snelle en op het oog erg gemakkelijke overwinning aan bord 6. Hij wist de witte stelling al gauw op te knopen met controle over de witte velden en daarna een sterke koningsaanval, die voor de beslissing zorgde.

De stand bleef 1,5-1,5 tot in het laatste speeluur, waarin het steeds erg spannend bleef – beide teams deden elkaar niet veel onder. Twee remises volgden.

André Bosma koos voor de verandering voor een rustige opzet, daar zijn aggressieve aanpak in de vorige ronde erg slecht eindigde. Alleen zijn tegenstander stelde zich ook nogal passief op. Remise was dus een onvermijdelijke uitkomst, alhoewel het wel lang op zich liet wachten.

Aan bord 3 werd ook remise gespeeld. Bruno Jelic zette hier de partij scherp op, en leek op de koningsvleugel onder andere via de f-lijn een zware koningsaanval  te kunnen beginnen. Zwart verdedigde zich echter heel koeltjes. Vooral het sterke paard op e5 hield de zwarte stelling bij elkaar. De witte aanval stokte en toen de dames geruild werden leek het eindspel heel moeilijk voor wit met zwakke pionnen en slecht staande stukken, dus bood Bruno remise aan. Zwart had nog wel een tijdje door kunnen spelen, maar na overleg met teamcaptain en af te wachten wat er op de andere borden gebeurde werd dit aangenomen.

2,5-2,5 dus met nog drie partijen die de uitvluggerfase in gingen. Ondergetekende kon DTK heel even op voorsprong zetten door winst aan bord 2. De winst moest wel van ver komen: in een dameloos middenspel greep ik met zwart het initatief, maar als wit actief tegen had gespeeld was het eerder wit die beter zou staan. In tijdnood koos hij echter voor een passieve zet waarna ik afruil van alle stukken kon forceren en zo naar een gewonnen pionneneindspel kon afwikkelen.

De voorsprong duurde echter niet lang want Derk moest zich gewonnen geven tegen de sterke Cliteur. In het middenspel ontwikkelde zwart allerlei dreigingen van materiaalwinst, waardoor Derk zich genoodzaakt zag zijn dame te geven tegen 2 stukken en pion. Zwart raakte zijn druk echter niet kwijt, en ondanks de tijdnood schoof hij de partij koeltjes naar winst.

Bij 3,5-3,5 zou de beslissing vallen bij Pieter Bronsema. Na een moeilijk begin was Pieter heel aardig terug gekomen in de partij, maar zijn tegenstander zette ook de zeilen bij en ruilde de actieve stukken van Pieter af waardoor hij met een zwak paard en slechte loper op de koningsvleugel bleef zitten. In geval van ongelijke lopers kan dat dodelijk zijn, want Pieter had dus geen controle over de witte velden en wit kon in de tijdnoodfase via deze velden een mataanval opzetten die niet te stoppen bleek.

Met nog twee wedstrijden in het vooruitzicht – thuis tegen Emmeloord en bij de gezamenlijke slotronde tegen Mid-Fryslan – mogen we hopen dat we niet weer afhankelijk zijn van invallers, en bovendien dat vrouwe Fortuna ons een keer aan de goede kant van een 4,5-3,5 laat zitten.