DTK 1 verslaat NEO

Op vrijdagavond 23 maart speelden we in een drukke Schakel de 6e competitiewedstrijd van dit seizoen tegen NEO.  Vooraf waren wij favoriet maar dat komt er niet altijd uit zoals we al een aantal keren aan de lijve hebben ondervonden.

Zelf mocht ik plaatsnemen aan het 5e bord, na een zware dag met urenlang takken sjouwen (voor een kantoormannetje geen sinecure!) en de jeugdtraining, geen topvoorbereiding.

Geen van beide partijen had gekozen voor een tactische opstelling. Jan van Paassen viel voor Bart in op het 8e bord, zoals het hoort zeg maar.

Sven was als eerste uit. Zijn tegenstander, onzeker over het niveau van ons jonge talent bood remise aan nadat Sven een stuk geruild had voor twee pionnen in de veronderstelling dat hij daarna zijn stuk terug zou veroveren. Bij nauwkeuriger berekening bleek dit helaas niet op te gaan omdat zwart middels een penning direct een stuk terug kon winnen. Sven besloot het remise aanbod aan te nemen.

Invaller Jan van Paassen speelde op bord 8  tegen John vd Linden. Deze beantwoorde de e4 opening van Jan met c6. Iets wat hij nog nooit gespeeld had. Jan ontwikkelde zijn stukken razendsnel en had al snel een overwicht in het centrum. Het wachten was op een korte rokade van zijn tegenstander zodat g4 gespeeld kon worden. Zijn tegenstander zag deze dreiging al op zich komen en probeerde op de damevleugel tot ontwikkeling te komen met b6 en loper b7..Hierbij kwam het paard van c6 in een loperpenning te staan naar de zwarte koning. Na het spelen van het witte paard van f3 naar e5, won Jan een stuk en was de stelling op de dertiende zet van zwart dermate slecht, dat maar opgegeven werd.

Na een onnauwkeurigheid in de Siciliaanse opening stond ik eerst wat minder. Mijn tegenstander speelde echter zijn paard naar de rand waardoor ik mijn verloren tempo in kon halen. Door afruil van meerdere stukken vervlakte de stelling en besloot ik, na overleg met Pieter, om remise aan te bieden. Dit werd prompt aangenomen.

Meteen hierna zette Albert Jan ons op een 3-1 voorsprong. Na een foutje in de opening, met pion verlies,  kwam zijn tegenstander onder steeds grotere druk te staan. Bij de analyse bleek hoe vreselijk goed Albert Jan stond. Meerdere varianten werden onderzocht maar alles was winnend!

Aan het  1e bord speelde Jeroen een scherpe opening, waarin al vroeg de dames werden geruild. Hierna volgden de lichte stukken en ontstond er een dubbeltoreneindspel met een aparte  pionnenstructuur. Deze bood voor beide spelers mogelijkheden om kansen te creëren. Sjoerd bood, met enig ontzag voor zijn tegenstander?, remise aan. Jeroen wachtte, met het oog op de stand en zijn surplus aan bedenktijd, een half uur  met zijn antwoord. Bij 4-1 zou hij het meteen aannemen met oog op het teambelang. Dit 4e punt liet nog even op zich wachten, daarom besloot hij door te spelen. Er werden nog enkele zetten gespeeld, waarna  het toch remise werd. Jeroen had weliswaar een actievere toren maar vertrouwde zijn stelling toch niet helemaal.

Leffert kreeg in het middenspel het betere spel en meer ruimte. Door kleine dreigingen, met name op de vijandige koningsstelling,  werd wit langzamerhand teruggedrongen en ontstond er voor wit een onaangename drukstelling. Wit liet de kans om de dames te ruilen aan zich voorbij gaan en sloeg een verre pion op a7. Leffert kon hierna beslissend de witte stelling binnendringen. Bijna alle stukken werden afgeruild waarna een eindspel ontstond van loper tegen paard. Voor Leffert het moment  om enkele pionnen te gaan oogsten en enkele vrijpionnen te creëren.  Wit zag de bui hangen en liet het verder voor gezien.

In zijn bekende stijl trok Pieter meteen ten aanval en investeerde een kwaliteit om zijn koningsaanval kracht bij te zetten. Dit sloeg niet helemaal door waardoor de zwarte koningstelling alleen verbrokkelde. Daarbij kreeg wit ook nog de a-lijn cadeau. In het late middenspel probeerde zwart enig initiatief te ontplooien maar dit ging erg moeizaam en na inzet van een verkeerd idee pakte dat helemaal verkeerd uit. Een pion ging verloren en in een poging om deze terug te winnen ging het helemaal mis. Een tijdelijk offer van Pieter zijn paard zorgde voor winst van de kwaliteit. Wat resteerde was een eenvoudig gewonnen eindspel.

Gewoontegetrouw was Wiebe weer lang bezig. In een konings-Indische partij verloor hij een centrumpion en kwam daarna flink onder druk te staan. Het lukte hem om wat complicaties in de stelling in te bouwen, die voor de neutrale toeschouwer lastig te beoordelen waren. De stand op de klok sprak echter wel boekdelen. Reden tot zorg voor de DTK-er. Wiebe wist de verloren centrumpion terug te veroveren  en stond zeker niet slechter. Helaas deed hij in tijdnood een verkeerde voortzetting, promoveerde er een pion van de tegenstander en kon hij de partij opgeven.

Al met al kwam er een verdiende 5.5 – 2.5 overwinning op het scoreformulier te staan.  Op de ranglijst belanden we hierdoor op de 3e plaats. Met nog één ronde, de gemeenschappelijke op zaterdag 14 april, lijkt deze stevig in handen met een kleine kans op de 2e plaats. De slotronde heeft echter wel vaker voor (negatieve) verrassingen gezorgd.

De detailuitslagen: