Philidor

Tijdens een koffiemoment op school had ik deze week een interessant gesprek over het effect van (klassieke) muziek op de leer- en toetsresultaten van leerlingen. Een onderwerp om op te promoveren?

Een internetzoekopdracht leverde mij wel een scriptie op rond dit onderwerp, bij basisschoolleerlingen van een school in Techum. Dit is een buurtschap bij Leeuwarden. De kopman van Philidor 1 geeft daar schaakles op één van de basisscholen. Het derde team van deze roemrijke club kwam afgelopen vrijdag bij ons op bezoek om aan te treden tegen ons 2e.

Het linkje tussen bovenstaand gesprek en de bezoekers ligt in het feit dat François-André Danican Philidor een schakende componist of een componerende schaker was. Naast naamgever aan de club uit Leeuwarden en Leiden is er ook een opening naar hem vernoemd.

Op papier waren de teams, welke gelukkig beide compleet aan de start verschenen, redelijk aan elkaar gewaagd. Misschien met klein plusje aan onze kant. De DTK-ers hadden beter door dat het een denksport is, ze gebruikten hun tijd naar hartenlust en beduidend meer dan de gasten.  En met succes want Bartele speelde de witte koningsvleugel helemaal stuk, won eerst materiaal en daarna de partij. Wiebe stond goed, moest een aanval over de g-lijn pareren maar won daarna soepel. Jan stond goed maar belandde in een lastig toreneindspel. Hij bood remise aan, wat geweigerd werd gezien de stand op de andere borden. Later ging zijn tegenstander in de fout en kon Jan het 3e punt aantekenen. Melle stond steeds min of meer gelijk en remise lag voor de hand. Al met al een klinkende overwinning waarvan later misschien een uitvoerig verslag?

In de interne competitie vier wedstrijden:

Jacob – Lieuwe: De zwartspeler bracht, zoals we van hem gewend zijn, direct zijn dame in het spel. Loerend naar de witte koning gaf hij een paar lichte stukken cadeau. Hij kreeg hierdoor een gevaarlijke open h-lijn en gaf hierlangs pardoes mat.

Ruben – Siep: Hier hanteerde zwart de Philidor-verdediging. Deze kent vaak een rustig begin en een vlammend middenspel. Deze keer was het niet anders. Ergens in dit middenspel ging het fout voor Siep en kwam hij materiaal achter. Ruben speelde dit rustig uit, ruilde een paar stukken en gaf Siep geen kans op tegenspel.

Jan B. – Rick: In het middenspel kreeg Jan veel ruimte en daarmee ook veel aanvalskansen. Zijn paard sprong brutaal de zwarte stelling binnen met schaak. Rick kon geen andere uitweg verzinnen dan het investeren van een toren, maar kon zijn ondergang hiermee niet afwenden.

Sven – Derk: Op papier de partij van de avond in de subtop of zoals een toeschouwster opmerkte jong tegen oud. In een variant van het geweigerd damegambiet (“stolz-variant, semi-slavisch?”) kwam voor Derk de zet g4 als een verrassing, waarna volgende stelling op het bord kwam:

Het slaan op g4 leek hem veel te gevaarlijk en hij besloot om zijn heil te zoeken in het centrum en te proberen de c-lijn te openen, eventueel met het accepteren van pion verlies. Sven wist dit goed te counteren, won inderdaad een pion en had nog steeds duidelijk de overhand. Helaas voor hem besloot hij op het verkeerde moment te rokeren. Dit kostte hem een kwaliteit, een pion en had geen kans tot tegenspel meer.

Terugkomend op de invloed van muziek op de prestaties tijdens toetsen: Iedere schaakzet is feitelijk de uitkomst van een toetsing van de stelling. Daardoor zou een onderzoek ook toegespitst kunnen worden op de vraag of het tijdens een schaakwedstrijd absoluut stil moet zijn of dat muziek de prestaties zou verbeteren. Deze ronde hadden we het “genoegen” om in de nevenzaal een verjaardagfeest te hebben met de nodige muzikale klanken. Geen succes? De volgende keer moeten we dan misschien Carmen sæculare van Phididor ten gehore brengen.