Geen verrassingen in 5e ronde

Deze week werden de coronaregels aangescherpt. Schaken mocht gelukkig nog als in de eerste 4 ronden; alleen de beruchte “Apres ski”* kon geen doorgang vinden.

Helaas stonden er maar 3 partijen op het menu, maar wel meteen drie taaie. - allen pas ruim na 11 uur afgelopen.

Jeroen speelde met zwart tegen René. Met zijn lopers op de lange diagonalen en een lange rokade probeerde René alles onder controle te krijgen en loerde hij op een strategische voordeeltje. Door de ongelukkige positie van zijn paard op h2 moest René even later echter zijn pionstructuur verzwakken om dit paard te redden. Hierna kon Jeroen zijn stukken op de zwakke pion op e3 richten. René zette nog een tegenaanval op, maar dit leidde alleen maar tot meer verzwakkingen en uiteindelijk partijverlies.

Derk hanteerde de witte stukken tegen Rick en worstelt nog met zijn vorm. Al op de derde zet dacht hij lang na over een openingsvariant. In het middenspel bood hij vervolgens Rick de kans om het initiatief te grijpen met oprukkende centrumpionnen. Rick pakte de kans niet en zo kabbelde partij door. Na het openen van de f-lijn door Rick dacht Derk een loper te kunnen offeren op h6. Door sterke zetten van Rick dreigde dit helemaal mis te gaan. In plaats van zijn geofferde kwaliteit terug te nemen dacht Rick zich te moeten richten op zijn verdediging. Dit bleek een slechte raadgever.

Jacob speelde met wit tegen Christiaan. Dit werd een lange manoeuvreer partij waarbij zwart steeds wat meer ruimte kreeg en wit problemen had om goede velden voor zijn stukken te vinden. De stelling werd bijna helemaal dichtgeschoven waarna remise (aangeboden door Jacob) helemaal niet zo'n vreemde uitslag zou zijn. Christiaan speelde echter gedecideerd door, forceerde met een stukoffer een doorbraak op de damevleugel en won zo alsnog.

*Après-ski (vertaling: na het skiën) verwijst naar uitgaan, drinken, dansen en feestvieren na het skiën. Après-ski is te vergelijken met de nineteenth hole in golf en de derde helft in voetbal.

Oorspronkelijk verwees de Franse term naar het aantrekken van comfortabele sneeuwlaarzen na de oncomfortabele skischoenen. De term heeft zich echter geleidelijk uitgebreid naar alle sociale activiteiten na het skiën. Het is een populair gebruik om tijdens het après-skiën de skikleding (en vaak ook, ondanks de oorspronkelijke betekenis, de skischoenen) aan te houden. Verder moet de locatie stijlvol zijn: liefst een houten hut in chaletstijl met ski's of een jachttrofee aan de muur, bediening in Lederhosen, en een locatie dicht bij of op de piste. Een veel gehoord punt van kritiek is dat men bij een après-skihut op de piste terug naar de auto of hotel moet skiën: dit gebeurt dan met veel alcohol achter de kiezen met alle risico's van dien. Met name in Oostenrijk heeft de après-ski een grote vlucht genomen.