DTK vergeet in St. Anna de winst te pakken

Net als vorig jaar kent het eerste een wat ongelukkig seizoen. Vorig jaar gingen veel wedstrijden met het kleinst mogelijk verschil verloren, dit jaar zijn ook al op het nippertje heel wat punten verspild.


In december was er de 4-4 tegen Bakkeveen, waarbij – dankzij een tactische opstelling van de opponenten – DTK drie makkelijke punten kreeg op de eerste drie borden, maar er op de resterende borden bijna alles fout ging. Twee weken geleden was er de belangrijke wedstrijd tegen de belangrijkste concurrent voor het kampioenschap, Schaakwoude 2. Bij een 3,5-3,5 stand werd in de laatste partij in ieder geval remise, en misschien wel een winstpunt weggeblunderd en dus verloor DTK zelfs nog.

De wedstrijd gisteravond in Sint Annaparochie is een nieuwe aflevering in deze reeks. Tegen Lasker 2 namen de DTKers een 4-1 voorsprong en leek de winst binnen, maar het beslissende halfje kon helaas niet worden binnengehaald en de eindstand kwam uiteindelijk op 4-4 terecht.

DTK speelde met 3 invallers. Om uiteenlopende redenen konden Albert Jan (vakantie), Sven (ziekte) en Derk (jeugdschaakverplichtingen) niet meedoen. Bartele en Melle Bosma speelden daarom mee en Jan van Paassen maakte zijn debuut. Op de heenweg bespraken we nog de mogelijkheid dat Lasker 2 een tactische opstelling zou hanteren. In voorgaande seizoenen was dit namelijk regelmatig het geval, maar dit seizoen hadden de Bildsters dat nog niet zo vaak geprobeerd.

Aan de zijde van DTK gingen we na het experiment tegen Schaakwoude 2 weer over op een normale opstelling. Helaas had Lasker wel een tactische opstelling; hun sterkste spelers zaten aan borden 4 t/m 7. Zo kwam het dat er aan bord 2 een rating-gat van 800 punten was, en aan borden 1, 5 en 6 een gat van 300-400 punten. Het blijft toch onprettig voelen, en kan ook niet bevorderlijk zijn voor het schaakplezier.

Dan de wedstrijd zelf. Deze kwam rustig op gang, pas na 22:00 vielen de eerste beslissingen. Aan bord 2 werd Jeroen Weggen door zijn tegenstander uitgenodigd een imposante zwarte pionnenketen neer te zetten, van b7 tot aan f3. Met de witte koning op g1 dwong Jeroen ruil van de witveldige lopers af waarna mat met de dame op g2 niet meer te voorkomen was.


Eindstand na 21. ...Dh3

Bart Lemstra speelde aan bord 1 ook een gestroomlijnde partij. De zwartspeler pleegde een pionoffer met onduidelijke compensatie. Bart wist zijn stelling te consolideren, en toen zwart al zijn stukken naar de damevleugel had gedirigeerd kon Bart met een fraai kwaliteitsoffer op de koningsvleugel (Txf6!) een beslissende aanval inzetten.


Stelling na Le7-d6. Bart kwam hier met het fraaie Txf6! welke minimaal een stuk wint. De partij eindigde met 1. Txf6 gxf6 2. Dxf6+ Kg8 3. Lh6 Lf8 4. Dxb6 1-0.

Niet lang hierna speelde Leffert Nicolai aan bord 4 remise tegen de nestor van Lasker, Johnny Diekstra. Diekstra speelde een wat andere variant van het Siciliaans dan Leffert van hem gewend was, wat laatstgenoemde wat tijdsinvestering kostte, maar er kwam toch een gelijke stelling uit. Toen deze ook nog geheel geblokkeerd raakte was de remise eigenlijk onvermijdelijk.

Een wat minder rustige remise was die van Pieter Bronsema aan bord 3. Zoals wel vaker bij Pieter verliep de opening niet geheel regelmatig. Er werden enkele stukken geruild en de pionstructuur werd zo bepaald dat wit een ruimteoverwicht had op de koningsvleugel tegenover een verzwakte structuur op de damevleugel. Tegen zijn doen bood Pieter zelfs dameruil aan, maar dit werd geweigerd. Misschien werd Pieter hierdoor wat nonchalant, want in het vervolg kwam hij door een sterke damezet van zwart (Df2) in de problemen. Als zwart hierna juist had gespeeld zou hij een gewonnen eindspel hebben bereikt, maar in plaats daarvan pakte de zwartspeler een stuk waarna Pieter met zijn dame binnen kon komen en eeuwig schaak kon houden.


In deze stelling volgde 1. ...Dxe2 2. Dxh7+ en de partij eindigde al gauw in remise. In plaats van Dxe2 zou 1. ...h6! of 1. ...h5! of zelfs 1. ...Kg7! winnend zijn. Een voorbeeldvariant: 1. ...h5 2. Lf1 Txb4 3. axb4 Lxg2+! 4. Dxg2 Dxg2+ 5. Kxg2 Txd1 met een winnend eindspel voor zwart.

Bij een 3-1 tussenstand leek er weinig aan de hand voor DTK, maar hierbij moet opgemerkt worden dat de vier partijen die klaar waren de ‘sterke’ borden van DTK betrof, terwijl Lasker op 3 van de resterende 4 borden een groot ratingoverwicht had.

Dat gold echter niet voor bord 8 waar invaller Melle Bosma gedecideerd zijn partij won. Hij zette met zwart de partij op een manier op waarmee hij vorig jaar een keer, eveneens tijdens een invalbeurt voor DTK 1, met wit om de oren mee was geslagen. Zo kreeg Melle met zwart het loperpaar en kon hij tegelijkertijd de witte pionstructuur ruïneren. In het vervolg werden er enige stukken geruild en bleven er ongelijke lopers + zware stukken over. Melle wist één van de zwakke pionnen te winnen, had een dominante loper en ook nog eens controle over de enige open lijn. Wit gaf misschien iets te vroeg op, hij meende een stuk te gaan verliezen maar dat bleek niet helemaal te kloppen. Wel stond Melle allerprettigst in de eindstelling.

4-1 dus en de opdracht voor de resterende drie borden was duidelijk: haal een remise binnen. Hier begon het lange wachten voor de spelers die al klaar waren, want deze partijen duurden bijna de volledige speeltijd.

Wiebe van der Velde moest helaas in verlies berusten. Tegen oud-DTKer Hans Kemperman (In 1999 nog clubkampioen van DTK, en vorig seizoen mede-winnaar van ons snelschaaktoernooi) kwam hij er niet aan te pas. Het was geen flitsende partij, na een ogenschijnlijk rustige opening verloor Wiebe langzaam terrein en vervolgens één pion, twee pionnen, drie pionnen. Geruisloos werd Wiebe in het eindspel aan de kant gezet.

Bij een 4-2 tussenstand leek ook Bartele het niet meer te gaan redden; hij was materiaal achtergekomen en in een passieve stand geraakt in een dubbeltoreneindspel. Maar debutant Jan van Paassen had nog een prima stelling. In de opening en het vroege middenspel stond hij wat lastig, echter hij wist zijn problemen degelijk op te lossen en er werd afgeruild naar een eindspel van dames + ongelijke lopers. In de uitvluggerfase kwam Jan zelfs een (overigens onbelangrijke) pion voor, maar vervolgens ontglipte hem een zeer ongelukkige damezet, waarna zwart meteen damewinst kon forceren. Gezien de speelsterkte van de zwartspeler (1900) zeker geen schande voor Jan, toch jammer dat hij zijn debuut niet kon bekronen met een voor de wedstrijd beslissend halfje.

Zo was bij 4-3 Bartele Bosma nog aan het doorploeteren tegen Thijs Tuinstra. Het schijnt dat deze heren vrijwel altijd tegen elkaar moeten spelen wanneer Lasker 2 tegen een team van DTK speelt. Een paar jaar geleden werd de onderlinge partij nog remise. Ook deze keer was dat niet onwaarschijnlijk, de pionstructuur in het centrum was geheel geblokkeerd geraakt en op één paar lopers na waren alle lichte stukken afgeruild. In het vervolg speelde Bartele het echter niet handig en kon wit de stelling naar zijn hand zetten. Het dubbeltoreneindspel bleek uiteindelijk kansloos voor onze Bosma.

Zo toch weer een teleurstellend puntverlies voor DTK. Als we nog een sprankje hoop hadden op het kampioenschap dan is dit nu toch definitief uit zicht; we hebben een achterstand van 4 matchpunten op Schaakwoude 2 met nog 2 ronden te gaan. Alleen in theorie is een kampioenschap nog mogelijk.

Enkele foto's van deze wedstrijd zijn hier te vinden.